Groeten uit...

Iets langer dan een maand geleden liet ik jullie voor het laatst meegenieten van mijn avonturen in Zuid-Oost Azië. In de tussentijd is er weer veel gebeurd. Zoals bijvoorbeeld een langeafstandvlucht van 11.000 kilometer. Daarover zo meer 😉

Maargoed, laten we bij het begin beginnen. 24 februari schreef ik vanuit Yogyakarta dat ik samen met Julian, uit Duitsland, door Java reisde. Op 26 februari reisden we per trein door naar Malang. Evenals in de rest van Java troffen we hier, buiten onszelf natuurlijk, geen Westerse toeristen aan.

Wat we wel aantroffen: Pindakaas en hagelslag! Geluksmomentje voor mij 🙂

In Malang huurden we brommertjes om de volgende dag vroeg naar de Bromo vulkaan te rijden. Diep in de nacht vertrokken we om vervolgens nog net op tijd de ochtendzon over de vulkaan te zien schijnen.

Rechts de vulkaan Bromo
Op de rand van vulkaan Bromo. Hier heb ik uiteraard even een dansje gedaan 😉

De volgende dag zijn we naar de Tumpak Sewu waterval gereden. Een lange tocht maar zeker de moeite waard! Een local in Yogyakarta raadde ons aan hierheen te gaan. De waterval is (nog) niet in reisgidsen te vinden en we waren dan ook de enige toeristen aldaar. Tot mijn verbazing, aangezien dit toch wel de meest gave waterval was die ik in de afgelopen maanden gezien heb. Eigenlijk betreft het een dal gevuld met watervallen, met achter sommige watervallen een grot.

Na Yogyakarta kregen we van een local een lift naar Surabaya. Julian vloog daarvandaan direct door naar Lombok. Ik bleef nog een extra dag. In Surabaya was niet bijzonder veel te doen. Gelukkig werd dat goedgemaakt toen ik door een vriendelijke familie als gast ontvangen werd. Voor beide partijen een unieke ervaring.

Tien kippen had de familie. Iedere kip had een naam en moest even aan me voorgesteld worden.

Op 3 maart vloog ik door naar Bali. Aangekomen in Seminyak voelde ik me diep ongelukkig. Waar ik op Java nog het gevoel had het authentieke Indonesië te kunnen ervaren, was ik nu in een stuk Indonesië terechtgekomen dat al haar trots verloren had aan strandtoerisme. Gelukkig werd het beter toen ik doorreisde naar Ubud.

In tegenstelling tot de rest van Indonesië is Bali voornamelijk Hindoeïstisch. Dat zie je gemakkelijk terug in de vele tempels, de architectuur, de klederdracht en de offer schaaltjes die je vrijwel overal ziet staan

Houd je van exclusieve koffie en heb je niet zoveel met dierenwelzijn? Probeer dan eens Kopi Loewak. Deze civetkatten kwam ik tegen toen ik een rijstveld bezocht. Deze depressieve diertjes krijgen slechts koffiebessen te eten. De uitgepoepte koffieboon wordt vervolgens gebrand om koffie van te maken. Doe maar niet..

Na Bali ben ik doorgereisd naar Gili Trawangan om te duiken en te snorkelen. Na Gili T. ben ik direct doorgereisd naar Nusa Lembongan. Opnieuw om te snorkelen. Het unieke aan snorkelen nabij Nusa Lembongan is het feit dat hier manta’s rondzwemmen. Vrij onschuldige dieren maar enorm gaaf om te zien. Niet om aan te raken, uiteraard.

Bali, gezien vanaf Nusa Lembongan

Op 17 maart vertrok ik vanaf Bali naar Singapore. Hier spendeerde ik mijn laatste twee dagen in Zuid-Oost Azië. Mijn laatste uitstapje was een bezoek aan het MacRitchie Park

Op 19 maart stapte ik voor de zevende keer in vier maanden in het vliegtuig. Dit keer voor een rechtstreekse vlucht naar… *tromgeroffel*

… Amsterdam! Na een reis van vier maanden vond ik het mooi geweest en was het tijd om weer naar huis te gaan. Met een voldaan gevoel kijk ik terug op de afgelopen vier maanden en verheug ik me alweer op de volgende reis. Voor nu heb ik echter even genoeg van het leven uit een rugzak en weer zin in alles dat in Nederland te ondernemen valt (en dat bakje kwark in de ochtend, uiteraard)!

Bedankt voor het lezen allemaal, en wellicht tot snel!

Als het hoofd van je reismascotte er af valt, is het ook gewoon tijd om weer naar huis te gaan.
Het is weer koud en guur buiten. Welkom thuis!